Cuba; 13 tm 24 februari
Door: Evie Roebroek
Blijf op de hoogte en volg Evie
11 Maart 2012 | Cuba, Havana
De volgende dag hadden we het lekkerste ontbijt dat ik in lange tijd heb gehad; een spiegeleitje met stokbrood en pannekoeken etc. Daarna gingen we naar een school voor kunsten hier in de buurt. In Cuba wordt er heel veel geld besteed aan onderwijs en het idee is dat iedereen ongeacht zijn afkomst alle talenten die hij/zij heeft moet kunnen benutten. Daarom zijn er kunstscholen waar kinderen al vanaf hun 7e naar toe gaan voor zang, muziek of dans. ’s Ochtends hebben we eerst naar een dansles folklore gekeken en toen kregen we een stuk of 10 dansen te zien die door de kinderen zelf gemaakt waren. Het was vooral klassiek/modern en folklore, en ze waren best goed. Vooral een groepje van hele kleine meisjes, die deden een soort Shakira dansje, en het is echt jaloersmakend wat de mensen hier allemaal met hun heupen kunnen, niet normaal! Na alle voorstellingen kwamen alle kindjes het podium op en trokken ons mee om te dansen, zó leuk! Ik had een van die kleine meisjes, en ze ging mij allemaal pasjes en dingetjes leren door ze voor te doen en dan deed ik ze na. Het is zo leuk hoe je op zo’n onschuldige manier met kinderen kan communiceren. Ik vond het echt superleuk om weer eens te dansen, want dat heb ik echt gemist, en dit maakte veel goed! Na een tijdje moesten we terug naar het hotel om daar te lunchen en daarna gingen we weer naar die school, maar dan naar een ander gedeelte: het muziekgedeelte. Bij de ontvangst was er een klein meisje dat zo ontzettend mooi kon zingen dat een aantal mensen tranen in hun ogen kregen. Ook waren er 2 kinderen die heel goed viool konden spelen. Daarna kregen we een slagwerkles van een aantal oudere jongens en een hele goede leraar. Zij speelden eerst een aantal stukken en daarna mochten wij proberen. Na het trommelen gingen we terug naar het hotel en hadden we vrije tijd. Ik heb voor het eerst sinds we weg zijn in chloorwater gezwommen, en dat was echt lekker! Het is zo chill als je kunt zwemmen zonder pijn aan je ogen te krijgen als je ze 1 keer open doet. Na het avondeten gingen we naar een Spaanse musical over een kat die niet weet wat een muis is. Het idee was leuk, maar omdat we er weinig van verstonden werd het een beetje saai.
De 15e gingen we naar de vervolgopleiding van de school van gisteren, maar alleen het muziek en zanggedeelte. Daar hebben we heel lang naar een aantal optredens gekeken van een koor dat was gevormd door de leerlingen en een bandje. Het waren allemaal verschillende optredens, van acapella zang tot een compleet gitaarkoor. Doordat ze allemaal op zo’n jonge leeftijd beginnen zijn ze echt heel goed. Na een tijdje gingen zij dansen en werden wij meegetrokken om mee te gaan doen. Deze mensen konden niet zo goed dansen als die van gisteren, maar nogsteeds beter dan de meeste Nederlanders. Toen gingen we ergens in een hotel lunchen en daarna gingen we weer terug. Toen gingen een paar mensen van ons gitaarspelen of zingen etc. Uiteindelijk gingen we weer dansen, zoals hier eigenlijk bijna altijd het geval is. Ik vind het echt heel leuk, zeker omdat ze het allemaal goed kunnen. Aan het eind van de middag gingen we met de bus naar een ander soort van bungalowpark waar we ’s avonds nog een salsalesje hebben gehad. Degene die dat gaf kon niet heel goed dansen, maar het was wel gezellig en ik heb lekker gedanst.
De dag erna gingen we naar een andere school: de school voor de beeldende kunsten. Volgensmij denkt de Cubaanse regering (die ons programma heeft samengesteld/laten samenstellen) dat wij dat echt heel leuk vinden of willen ze op die manier laten zien hoe goed het met Cuba gaat. Ik vind het op zich wel interessant, maar het wordt een beetje veel. Eerst kregen we hier een welkomstpraatje, zoals overal, en toen gingen we de kunstwerken van de leerlingen bekijken. Ze waren heel verschillend, van lieflijke bloempjes en mooie landschappen tot een schilderij waarop een treinspoor met twee mensen erop en een aanrijdende trein stond. Er waren schilderijen, beeldhouwwerken en etsen, allemaal gemaakt van leerlingen tussen de 14 en 18 jaar. Nadat we alle kunstwerken bekeken hadden gingen we terug naar de grote zaal, waar we een aantal filmpjes over ‘los cinco’ (de cubaanse vijf) te zien kregen. Dat zijn 5 Cubanen die gevangen zitten in Amerika. Hier kregen we het verhaal te horen dat zij naar Amerika waren gegaan om te proberen de aanvallen vanuit bendes etc. op Cuba te laten stoppen, en dat ze toen zijn opgepakt voor o.a. spionage. Er wordt heel hard beweerd dat de groepen waarin de Cubaanse mannen aan het spioneren waren illegale groepen waren en dat zij dus eigenlijk niet gestraft mogen worden, maar ik weet niet hoeveel daarvan waar is. Dit is wel echt een van de onderwerpen waar wij heel veel informatie over krijgen en waar constant op gehamerd wordt. Na de lunch gingen we naar een hele kleine operaschool. Hier werden ongeveer 30 leerlingen opgeleid tot operazanger(es). Ook hier hebben we een mini-voorstelling gekregen, en het was echt verbazingwekkend wat die mensen kunnen met hun stem. Het is niet mijn stijl, maar ik vond het wel heel knap. Daarna hebben we dik2 uur in de bus gezeten, en kwamen we bij het volgende hotel (dat best wel luxe is en een groot zwembad heeft) aan.
De volgende ochtend gingen we (met onze bejaardenbus) naar een grot in Pinar del Rio, een van de provincies van Cuba. Ondertussen zijn we even gestopt bij een punt waar een speciaal uitzicht over de bergen was, heel mooi. In de grot was een soort riviertje waar we met een aantal bootjes overheen zijn gevaren. Onze gids wees met een laserlampje steeds stukken grot aan waar je een bepaalde vorm in kon zien, zoals een olifant of het hoofd van Ché Guevarra. Ché is een van de mensen die de revolutie zijn begonnen, en hij is in 1967 ofzo vermoord door mensen van de CIA. Je ziet hem hier echt overal, op t-shirts, sleutelhangers, posters, glazen enz. Hij is denk ik de belangrijkste nationale held. Op de terugweg zijn we nog naar een botanische tuin geweest. Er waren wel mooie planten in te zien, maar op de een of andere manier vind ik dat na een tijdje niet zo interessant meer. Daar hebben we met Margarita een tijdje over het communisme gepraat, want daar hebben wij nog nauwelijks iets van gemerkt. Margarita is er een duidelijke voorstander van, of tenminste, zo komt ze over. Je weet natuurlijk nooit hoeveel daar echt van waar is, en hoeveel er door de regering wordt ingefluisterd. ’s Avonds in het hotel weer lekker gezwommen en ijsjes gegeten.
De 18e zijn we weggegaan uit ons laatste chille hostel op weg naar het kamp. Onderweg naar een ecologisch dorpje stopten we ergens bij een cafétje, kregen daar allemaal een cola en er was een salsa-bandje dat voor Jaap zong, want hij was jarig. Dit soort kleine dingetjes zijn zo anders dan in Nederland, dat er bij elk cafétje live-muziek is en dat alle mensen zo attent zijn. Daarna gingen we door naar het dorpje. Dat was een soort voorbeelddorpje voor toeristen, gemaakt door de staat, om te laten zien hoe het ideale plattelandsdorp eruit zag. Er was een atelier waar een man van allemaal papier- en houtresten op een natuurlijke manier kaarten en enveloppen en nog veel meer maakte. Wij zijn ook nog naar een koffiebar gegaan van een oude vrouw die bekend stond om haar lekkere zelfgemaakte koffie. Die vrouw was nu ongeveer 80 maar haar kinderen en andere mensen runden het café nogsteeds naast haar eigen huis. Jammer genoeg hou ik nog steeds niet van koffie, maar ik had iets anders lekkers. Op de cappuccinos was een plaatje van Ché Guevarra gemaakt met iets van suiker. Hem vind je hier echt overal terug. ’s Middags zijn we verder gereden naar een soort waterval. Het water was ijskoud, maar het was wel lekker om te zwemmen. Daar heb ik ook nog even lekker in de zon gelegen en gewoon wat gezwommen enzo. Na best lang rijden kwamen we bij het kamp aan waar we de komende paar dagen in logeren. Het is een kamp, gemaakt door de ICAP (Instituut voor de vrienden van Cuba), met als bedoeling verschillende groepen buitenlandse toeristen in Cuba samen te brengen. Het is een soort van camping, maar dan met grotere gebouwen waarin we slapen. ’s Avonds kregen we een opdracht. Je kreeg wat informatie over hoe Cuba was voor de revolutie, en moest in groepen van ongeveer 10 man bedenken wat jullie zouden doen als je net de revolutie had gewonnen. Toen besefte ik dat het communisme eigenlijk de enige mogelijke oplossing was voor een land zonder geld, zonder hoogopgeleiden en met ruzie met de US. Het was echt heel moeilijk om oplossingen te bedenken voor de belangrijkste dingen zoals onderwijs en gezondheidszorg. Het was echt een moeilijke opdracht.
De dag erna hadden we een hele leuke dag. ’s Ochtends zijn we naar het strand gegaan, waar we eigenlijk de hele ochtend hebben gelegen en gezwommen enzo. Het was echt een mooi wit zandstrand met een hele blauwe zee, ik wist helemaal niet dat ze die in Cuba hadden. Daarna hebben we pizza gegeten en na de lunch reden we naar Havana, de hoofdstad van Cuba. Daar was een hele grote overdekte markt met alleen maar kleine kraampjes met souvenirtjes. We hadden daar 2 uur de tijd en ik vond het zo leuk om even rond te kijken en wat dingetjes te kopen. Toen we terugkwamen in het kamp ben ik op bed gaan liggen, ik voelde me de hele dag al niet lekker. Ik denk dat het komt door het water hier, want ik drink de meeste tijd wel flessenwater, maar af en toe wat kraanwater, en dat is niet heel goed voor je.
De volgende ochtend voelde ik me al veel beter. We gingen die ochtend naar een museum over analfabetisme in Cuba , of eigenlijk over de manier waarop ze dat bestreden hebben. Na de revolutie in 1959 is er bijna meteen een project begonnen waarin er in 1 jaar 700.000 mensen hebben leren lezen en schrijven. Ze hebben dat gedaan door studenten en scholieren op te roepen om te helpen, en ongeveer 120.000 jongeren tussen de 8 en 17 jaar zijn naar plaatsen gegaan waar veel analfabetisme was (vooral platteland) en hebben daar mensen van alle leeftijden leren lezen en schrijven. Ik vind het echt een knap project, en op dit moment heeft Cuba een van de laagste analfabetismecijfers in de wereld, zelfs lager dan Nederland. Na dit museum hebben we wat vrije tijd gekregen in een woonwijk, en we hebben vooral moeten wachten totdat ons geld gewisseld werd en gegeten. Je kan hier voor ongeveer 50 cent een pizza krijgen, en voor 10 cent een ijsje, zó goedkoop! ’s Middags zijn we ergens bij een muurschilderingenproject in een mindere wijk gaan schilderen. Een aantal van ons hebben op een heel groot doek een mooi schilderij gemaakt. Ondertussen was er muziek en kregen we wat hapjes en drinken. Toen ik vroeg of er een wc was, liep een van de mannen met ons mee naar het huis van iemand anders, waar wij gewoon heel vriendelijk ontvangen werden en even konden gaan zitten etc. De mensen hier zijn zo gastvrij en sociaal, dat valt echt op. Na het avondeten terug in het kamp hebben we nog een lesje Spaans gehad van een lerares van het kamp, onze eigen Spaansleraar had namelijk een paar daagjes vrij.
De 21e zijn we naar het plein van de revolutie geweest. Daar stond een heel groot monument ten ere van José Marti, een van de vele nationale helden van Cuba. Er was een toren van ongeveer 140 meter hoog met een museum erin. Bovenin had je echt een heel mooi uitzicht over de hele stad, en op de vloer stonden allemaal pijlen met windrichtingen en de afstand tot een bepaalde stad. Daarna gingen we naar de ICAP, die was heel dicht bij en volgens Margarita konden we lopen, dus ik ben met 5 meiden en Lambert, een van de leraren, gaan lopen. Halverwege kwamen we een Cubaans stel tegen dat ons op allemaal leuke plekjes wees. Een klein stukje verderop was schijnbaar het huis van een bekende componist en daar zijn we even gaan kijken. We hebben daar ook nog een speciaal drankje gedronken, en het was echt lekker! Toen we bij de ICAP waren stond het eten al klaar, garnalen en rijst, echt lekker! Daarna zijn we naar de hogeschool voor kunsten geweest, een soort HBO. We hebben weer een aantal schilderijen en kunstwerken bekeken, en de regering wil ons echt duidelijk maken dat Cuba een heel hoog niveau qua kunst heeft volgensmij, want zo langzamerhand heb ik wel genoeg kunst gezien. Het is wel heel mooi, maar het is een beetje veel. Toen we weer terug waren bij de ICAP kwam Jaap naar buiten met de mededeling dat Till, de Duitse jongen die naar huis moest vanwege zijn school, hier op het vliegveld stond. Dat kwam zo plotseling en iedereen was helemaal blij! Daarna hebben we bij de ICAP nog een aantal vragen gesteld over Cuba en alles wat ermee te maken had, en ik heb er best veel van geleerd. Terug in het kamp zagen we Till weer!
De dag erna hebben we ’s ochtends op het land gewerkt als symbolische bijdrage aan de mensen hier. We hebben 3 uur lang onkruid weggehaald tussen juka-plantjes, en ik vond het nieteens zo erg om te doen. Na de lunch zijn we naar het nieuwe stuk van Havana geweest. Daar hebben we eerst een klein marktje bezocht met een hele grote groep en daarna zijn we opgesplitst omdat iedereen ergens anders naartoe wou. We hebben pizza gegeten en kwam iets later bij een ijsjesplein. Daar stonden heel veel kraampjes met ijsjes, maar wij mochten bijna nergens kopen als toeristen. Ze hebben in Cuba trouwens 2 valuta, de pesos voor het volk en de pesos convertibles, die zijn voor toeristen. Uiteindelijk hebben we wel een lekker ijsje gekocht en zijn we verder gelopen. We kwamen bij een kleine supermarkt, maar daar hadden ze bijna niks lekkers. Margarita had ons de tip gegeven om te proberen om het nationale hotel binnen te sneaken omdat dat echt een supermooi gebouw was. Samen met 2 andere meiden ben ik het hotel binnengelopen, en het was net een sprookjeskasteel. Alles was van marmer en zo ontzettend mooi! Het was wel even spannend, maar het was zeker de moeite waard. Na het avondeten in het kamp zijn we naar een soort buurthuis geweest. In Cuba heeft elke straat een gemeenschapshuis dat vooral verantwoordelijk is voor de veiligheid in die straat, maar ook voor de gezelligheid. Nadat de kinderen voor ons gedanst hadden gingen wij meedoen en dat was echt heel gezellig. Ik verbaas me er nogsteeds over hoe kinderen van 10 zo goed kunnen dansen. Ik vind het wel echt superleuk om zoveel te dansen hier!
De 23e gingen we ’s ochtends weer op het land werken, en dit keer heb ik in een moestuintje op het terrein gewerkt. Gelukkig duurde het niet zo lang als gisteren en waren we na een uurtje of 2 klaar. ’s Ochtends hadden we te horen gekregen dat er een Hollandse avond was vanavond, en dat wij die moesten organiseren. Na de lunch kwamen ze aan mij vragen of ik wilde dansen, en ik heb toen gezegd dat ik het wel wilde proberen. Iemand had het liedje waar ik vorig jaar op had gedanst, 15 miljoen mensen, echt heel toepasselijk. Ik kwam er alleen vrij snel achter dat ik best een groot gedeelte van de dans niet meer wist. Om half 3 gingen we naar hetzelfde dorpje als gisteren, en nu gingen we naar het project waar die kinderen zo leerden dansen. Eerst hebben we naar een lesje van hun gekeken, en meisjes van 5 zonder ritmegevoel zijn echt heel schattig. Daarna hebben we nog eventjes met hun gedanst, en toen mochten we een uurtje door het dorpje lopen. Toen gingen we weer terug naar het kamp om de avond voor te bereiden, want wij zouden ook wat koken en een aantal andere dingen doen. Ze hadden als voorgerecht tomatensoep gemaakt, als hoofdgerecht kregen we gewoon Cubaans eten (rijst, vlees, bonen en juka) en cake als toetje, echt lekker! Opeens bleek dat ik in het ‘script’ zat en dus wel mee moest dansen, terwijl ik daar helemaal niet meer op gerekend had. Uiteindelijk heb ik het toch maar gewoon gedaan, en het was wel leuk, maar goed ging het niet. De andere acts waren wel leuk, wat zang en gitaarspel etc.
De dag erna was de laatste echte dag aan wal in Cuba. ’s Ochtends moesten we nog even naar het museum van de revolutie, waar ik niet zo heel veel van heb begrepen omdat alles Spaans was. Dat was gevestigd in het voormalige paleis van de presidenten, en dat was een mooi gebouw. Nadat Margarita alle belangrijke pleinen en straten had opgenoemd hadden we nog ruim 4 uur om te doen wat we wilden. Eerst liepen we over een van de toeristische straten, en daar was ook een marktje en best veel losse winkeltjes. Toen kwamen we bij een van de belangrijke pleinen, en besloten we dat we weer naar de grote overdekte markt wilden waar we een paar dagen geleden waren geweest. Na een tijdje zoeken kwamen we bij onze bestemming en ik heb weer lekker gewinkeld en een paar leuke dingetjes gekocht. Daarna hebben we pizza gegeten en wat gedronken in een heel leuk parkje, en winkelend zijn we teruggelopen naar de bus. Het avondeten was weer typisch Cubaans, en er speelde een lokaal bandje. Voordat ik ging slapen heb ik een gedeelte van mijn tas ingepakt omdat we morgen weer aan boord gaan.
-
14 Maart 2012 - 18:38
Max V V:
jij moet schrijver worden ofzo, ik ben (door dyslexie) bijna geneigd het niet te lezen omdat het zo lang is ...
wel heel leuk verder :)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley